Zijden is afgeleid van het zelfstandig naamwoord zijde, dat een ‘stofnaam’ wordt genoemd. Een stofnaam is een woord dat aanduidt van welk materiaal een voorwerp gemaakt is. Van veel stofnamen kun je een bijvoeglijk naamwoord vormen door het achtervoegsel -(e)n toe te voegen: bakeliet - bakelieten, beton - betonnen, hout - houten en dus ook zijde - zijden.

Een linnen broek

Als een stofnaam op -en eindigt (zoals linnen), krijgt het daarvan afgeleide bijvoeglijk naamwoord geen achtervoegsel. Het blijft dus linnen in een linnen broek.

Een plastic lepel

Sommige (meestal nieuwere, vreemde) stofnamen blijven onveranderd als bijvoeglijk naamwoord. Voorbeelden zijn: een plastic lepel, een corduroy broek, een polyethyleen draagtas, een nylon avondjurk en een plexiglas kunstwerk. Ook de zelfstandige naamwoorden rubber en kunststof werden vroeger onveranderd als bijvoeglijk naamwoord gebruikt, maar rubberen is inmiddels helemaal ingeburgerd en ook kunststoffen (bijvoorbeeld in een kunststoffen behuizing) is goed.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!