Tenslotte: ‘immers’

Tenslotte is juist als ‘welbeschouwd, per slot van rekening, immers’ bedoeld is. Voorbeelden:

  • Ik ben tenslotte ook maar een mens.
  • Neem een taartje! Het is tenslotte feest vandaag.
  • Aan de slag! We zijn hier tenslotte niet om vakantie te vieren.
  • Laat voor de zekerheid maar even staan. Weggooien kan tenslotte altijd nog.

Ten slotte: ‘tot slot’

Ten slotte betekent ‘tot slot’:

  • Ten slotte vatte hij de hoofdpunten van zijn toespraak samen.
  • Ten slotte namen we nog koffie met een likeurtje.
  • In het begin wordt het blad geel, dan bruin en ten slotte asgrijs.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!