Vragende voornaamwoorden kunnen zelfstandig en niet-zelfstandig gebruikt worden. De zelfstandige vragende voornaamwoorden kunnen zowel naar personen als naar niet-personen verwijzen:

  • Wie hoor ik daar?
  • Weet jij wie zich voor de wedstrijd hebben ingeschreven?
  • Wat zeg je?
  • Ik vraag me weleens af wat een huis in het Gooi nou eigenlijk kost.
  • Er zijn drie boeken te vergeven. Welk wil jij?
  • Wil je een glaasje wijn? Lekker, wat voor heb je?

De niet-zelfstandige vragende voornaamwoorden passen zich aan aan het zelfstandig naamwoord dat erop volgt:

  • Welk boek wil je hebben?
  • Weet jij welke auto het hardst kan?
  • Wat voor (een) man is hij?
  • Wiens idee was dat?

Ook bijwoorden kunnen als vraagwoord gebruikt worden; ze worden dan nog steeds benoemd als bijwoord:

  • Wanneer ga je op vakantie?
  • Hoe gaat hij naar zijn werk nu de auto kapot is?

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar

Bel 085 00 28 428 Bel 085 00 28 428

(gebruikelijke belkosten, geen extra kosten)

Of stel je vraag via social media of per mail