Meestal ontstaan nieuwe woorden door afleiding, samenstelling en ontlening. Nieuwvormingen, dus echt nieuw verzonnen woorden, zijn zeldzaam.

Afleiding

Woorden kunnen van andere woorden worden afgeleid door toevoeging van een of meer voor- of achtervoegsels. Academisering is op die manier afgeleid van academie, naar analogie van woorden als automatisering, mcdonaldisering en globalisering. Een woord als wiiën is afgeleid van de merknaam Wii. Een ander voorbeeld is verbronzen, naar analogie van vergulden en verzilveren. De betekenis van deze woorden is meestal direct duidelijk.

Samenstelling

Heel veel woorden worden gevormd door twee (of meer) bestaande woorden aan elkaar te plakken. Zo zijn vrij recent bijvoorbeeld eikenprocessierupsjeukpiek en boerkabuddy gevormd. Ook van deze woorden is de betekenis vaak direct duidelijk.

Ontlening

Door contact met andere volken en culturen komen we ook in contact met andere woorden, die vaak onvertaald overgenomen worden. Voorbeelden daarvan zijn bijvoorbeeld quinoa, halal, faya, crowdsourcing en saven. Werkwoorden worden wel altijd op zijn Nederlands vervoegd: we zeggen niet ‘Heb je dat bestand saved?’, maar ‘Heb je dat bestand gesaved?’

Soms worden woorden uit andere talen letterlijk vertaald; dat worden ‘leenvertalingen’ genoemd. Voorbeelden zijn: handhaven (van het Franse maintenir), luidspreker (van het Engelse loudspeaker), spitskandidaat (van het Duitse Spitzenkandidat) en voorwoord (van het Duitse Vorwort).

Nieuwvorming

Soms worden er echt nieuwe woorden bedacht. Uit het verleden zijn mantelzorg en epibreren daar voorbeelden van. Een ander creatief voorbeeld is brus: het is een ‘vlechtwoord’, gemaakt van de woorden broer en zus.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!