Inleiding

Je komt weleens zinnen tegen als deze:

  • Een oudere kan ondervoed raken als hij niet meer zelf kan koken.

Het ‘probleem’ van zo’n zin is dat hij een mannelijk verwijswoord is, terwijl er met een oudere net zo goed een vrouw kan worden bedoeld, of een non-binaire persoon.

Als je hij wilt vermijden, kun je (onder meer) voor een van de hieronder staande opties kiezen. Die hebben elk hun voor- en nadelen; daarop gaan we verderop op deze pagina in.

  • Een oudere kan ondervoed raken als hij/zij niet meer zelf kan koken.
  • Een oudere kan ondervoed raken als hij/zij/die niet meer zelf kan koken.
  • Een oudere kan ondervoed raken als die niet meer zelf kan koken.
  • Een oudere kan ondervoed raken als deze niet meer zelf kan koken.
  • Een oudere kan ondervoed raken als diegene niet meer zelf kan koken.
  • Een oudere kan ondervoed raken als zo iemand niet meer zelf kan koken.
  • Ouderen kunnen ondervoed raken als ze niet meer zelf kunnen koken.
  • Als oudere kun je ondervoed raken als je niet meer zelf kunt koken.
  • Als oudere kunt u ondervoed raken als u niet meer zelf kunt koken.
  • Als oudere kan men ondervoed raken als men niet meer zelf kan koken.

Wat de beste optie is, kan per situatie verschillen. De varianten met die, met je en met een meervoudsvorm komen in de meerderheid van de gevallen het natuurlijkst over. Maar ook de andere zijn (soms) bruikbaar.  

 

Indeling van deze pagina:

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

 

Traditionele manier van verwijzen: ‘hij’

Het is lange tijd heel gebruikelijk geweest om in teksten die algemeen of neutraal bedoeld zijn, mannelijke verwijswoorden te gebruiken. Bijvoorbeeld:

  • Een klant wordt pas een vaste klant als hij het gevoel heeft dat zijn verwachtingen worden waargemaakt.
  • Een oudere kan ongemerkt ondervoed raken als hij niet meer voor zichzelf kan koken.
  • Je leert iemand pas echt kennen als je met hem op vakantie gaat.

De verwijswoorden hij, zijn en hem zijn mannelijk, maar de stilzwijgende ‘afspraak’ is dat je ze in dit soort zinnen neutraal moet opvatten.

Al enige tijd gaan er stemmen op die zeggen dat deze manier van verwijzen níét neutraal is, maar vrouwen en non-binaire mensen als het ware uitsluit, ook al gebeurt dat niet bewust. Uit onderzoek blijkt ook dat veel mensen bij zulke zinnen automatisch een man voor zich zien en geen vrouw of non-binaire persoon.

Er zijn verschillende voorstellen gedaan om écht neutraal te verwijzen. Dat wordt genderinclusief of genderbewust verwijzen genoemd.

Als je genderbewust wilt verwijzen, zijn daar verschillende mogelijkheden voor. Hieronder noemen we er een aantal. Bij elke optie staan ook enkele voor- en nadelen.

Terug naar het overzicht

 

Dubbelvormen: ‘hij/zij’, ‘hij/zij/die’ e.d.

Al enige tijd zijn dubbelvormen als hij/zij en zijn/haar (of omgekeerd: zij/hij, haar/zijn) in gebruik.

Je kunt deze vormen nog uitbreiden met een derde, non-binaire optie, zoals die, diegene en diens:

  • Een klant wordt pas een vaste klant als hij/zij/die het gevoel heeft dat zijn/haar/diens verwachtingen worden waargemaakt.
  • Een oudere kan ongemerkt ondervoed raken als hij/zij/die niet meer voor zichzelf kan koken.
  • Je leert iemand goed kennen als je met haar/hem/diegene op vakantie gaat.

Met dit ‘rijtje’ benadruk je dat je álle genders voor ogen hebt. Een voordeel is dat hij/zij en zijn/haar al lange tijd voorkomen, waardoor lezers hij/zij/die en zijn/haar/diens en haar/hem/diegene ook goed zullen begrijpen.

Een nadeel is dat de verschillende genders hierdoor meer nadruk krijgen dan nodig is, wat afleidt van de inhoud. Bovendien lezen deze rijtjes niet prettig, zeker als ze meermaals in een tekst voorkomen. Deze manier is eigenlijk alleen bruikbaar als je in je tekst maar één of een paar keer hoeft te verwijzen.

Terug naar het overzicht

 

Verwijzen met ‘je’ of ‘u’

Verwijzen met je levert vaak een genderbewust én prettig leesbaar resultaat op.

  • Je wordt pas een vaste klant als je het gevoel hebt dat je verwachtingen worden waargemaakt.
  • Als oudere kun je ongemerkt ondervoed raken als je niet meer voor jezelf kunt koken.

Een mogelijk nadeel van je is dat het een tekst informeler maakt. Er zijn situaties waarin dat minder gepast is, bijvoorbeeld in reglementen of wetten.

Verwijzen met u heeft dat nadeel niet, maar is wel minder gebruikelijk. Een verwijzing met u voelt vaak toch meer als een directe aanspreking van de lezer:

  • U kent het vast wel: u koopt één keer iets in een webwinkel en ontvangt nog maandenlang allerlei reclame-mails.
  • Als oudere kunt u ongemerkt ondervoed raken als u niet meer voor uzelf kunt koken.

Terug naar het overzicht

 

Verwijzen met ‘die’, ‘deze’ en/of ‘diegene’

Een andere mogelijkheid is verwijzing met die, deze, diegene en/of diens. In veel gevallen komen dat soort zinnen tamelijk natuurlijk over: 

  • Een klant wordt pas een vaste klant als die het gevoel heeft dat diens verwachtingen worden waargemaakt.
  • Een oudere kan ongemerkt ondervoed raken als deze niet meer voor zichzelf kan koken.
  • Een oudere kan ongemerkt ondervoed raken als diegene niet meer voor zichzelf kan koken.
  • Je leert iemand goed kennen als je met diegene op vakantie gaat.

Die en deze zijn kort en duidelijk, en ze worden al langer gebruikt als verwijzing naar personen. Wel kan deze soms wat nadrukkelijk of ambtelijk overkomen, en is het in België een stuk minder gangbaar dan in Nederland. Voor diegene geldt dat het (nog) niet algemeen geaccepteerd is als ‘los’ verwijswoord (zie ook deze pagina), maar het lijkt aan een opmars bezig.

Een nadeel van die en deze is dat ze slecht bruikbaar zijn na voorzetsels. Bij diegene geldt dat bezwaar minder:

  • De klant vraagt zich dan af of het voordeel ook voor die/deze geldt.
  • De klant vraagt zich dan af of het voordeel ook voor diegene geldt.

Een nadeel van diens is dat het voor vrij veel mensen van oudsher als uitsluitend mannelijk geldt, en voor sommigen ook als ouderwets of formeel.

Terug naar het overzicht

 

Verwijzen met ‘men’

Met het woord men kun je ook genderbewust verwijzen:

  • Een klant wordt pas een vaste klant als men het gevoel heeft dat (-) verwachtingen worden waargemaakt.
  • Een oudere kan ongemerkt ondervoed raken als men niet meer voor zichzelf kan koken.

Men heeft als nadeel dat het wat stijf, ouderwets of onpersoonlijk overkomt. Het is eigenlijk alleen bruikbaar als je écht mensen in het algemeen bedoelt: ‘Men zegt vaak: over smaak valt niet te twisten.’ Verwijzen met men naar een klant of een oudere is niet erg gebruikelijk en daardoor minder duidelijk.

Een ander nadeel van men is dat het niet na een voorzetsel kan staan: ‘Niemand vindt het leuk als er geen rekening met men wordt gehouden’ is geen goede zin.

Terug naar het overzicht

 

Meervoudige woorden gebruiken

Met meervoudsvormen kun je naar personen in het algemeen verwijzen: klanten, ouderen, enz. Het voordeel hiervan is dat je ze kunt combineren met de verwijswoorden zij/ze, hen en hun, die altijd al genderneutraal waren.

  • Klanten worden pas vaste klanten als ze het gevoel hebben dat hun verwachtingen worden waargemaakt.
  • Je leert mensen goed kennen als je met hen (of: met ze) op vakantie gaat.
  • Ouderen kunnen ongemerkt ondervoed raken als ze niet meer voor zichzelf kunnen koken.
  • Klanten vragen zich dan af of het voordeel ook voor hen geldt.

Het meervoud heeft nog een voordeel. Woorden als deelnemer, schrijver en presentator komen in het enkelvoud als ‘mannelijk’ over, omdat voor een vrouw vaak vormen als deelneemster, schrijfster en presentatrice worden gebruikt. Een zin als ‘Deelnemers kunnen vragen stellen aan de aanwezige schrijvers en presentatoren’ wordt door de meervouden genderneutraler opgevat.

Terug naar het overzicht

 

Woorden herhalen of bijv. ‘zo iemand’ gebruiken

In plaats van verwijzingen te gebruiken, kun je ook woorden herhalen of de verwijzing op een andere manier omzeilen, bijvoorbeeld door zo iemand, die persoon of deze mensen te gebruiken.

  • Een klant wordt pas een vaste klant als zo’n klant het gevoel heeft dat verwachtingen worden waargemaakt.
  • Een verpleegkundige kan informatie geven over de bijwerkingen en bovendien is een verpleegkundige opgeleid om patiënten gerust te stellen.
  • Een oudere kan ongemerkt ondervoed raken als zo iemand niet meer voor zichzelf kan koken.
  • De klant vraagt zich dan af of het voordeel ook voor die persoon zelf geldt.

Het omzeilen van de verwijzing door woorden te herhalen, maakt een tekst wel langer en ook omslachtiger. Dat geldt ook als je zo iemand, deze persoon of iets dergelijks gebruikt. Bovendien is de verwijzing in zinnen zoals de laatste hierboven voor sommigen niet zo duidelijk.

Terug naar het overzicht

 

Persoonlijke keuze

Hoe je verwijst in je teksten, is een persoonlijke (of beleidsmatige) keuze. Bij Onze Taal – op deze site, in ons tijdschrift en in onze andere uitingen – proberen we zo genderbewust mogelijk te schrijven. Daarbij kiezen we uit de hierboven genoemde mogelijkheden de oplossing die in een specifieke zin of alinea tot het prettigst leesbare resultaat leidt.