Open menu
Onze Taal
Hoofdmenu
Taalloket
Tijdschrift
Schatkamer
Winkel
Trainingen
Over Onze Taal
Zoeken
Zoekveld
Zoek
Inloggen
Lid worden
Doneren
Taalloket
Tijdschrift
Schatkamer
Winkel
Over Onze Taal
Inloggen
Lid worden
Doneren
Home
Schatkamer
Lezen
Uitdrukkingen en spreekwoorden
Uitdrukkingen en spreekwoorden
A
In de aap gelogeerd zijn
Nu komt de aap uit de mouw
Dat het een aard heeft
Abraham zien, Sara zien
Weten waar Abraham de mosterd haalt
Ergens (geen) acht op slaan
Achterbaks zijn
Achter de geraniums zitten
Een adder aan je borst koesteren
Advocaat van de duivel spelen
Afgezaagd zijn
Het afleggen
Alaaf!
Alle / aller ogen zijn gericht op Kwatta
Alles kits
Alles op haren en snaren zetten
Ammehoela!
Een appelflauwte hebben
Appeltje-eitje
Een appeltje met iemand te schillen hebben
Iets met argusogen bekijken
Ergens zijn aspergebedden aanleggen
B
Aan Bacchus offeren
Aan de bak komen
Bakzeil halen
Balen als een stekker
Over de balk gooien
Barbertje moet hangen
Volgens Bartjens
Ergens geen been in zien
De beer is los
De beest uithangen
Er bekaaid vanaf komen
Bekaf zijn
Bekend zijn als de bonte hond
Ben je belatafeld!
Te berde brengen
De berg heeft een muis gebaard
Het betere is de vijand van het goede
Niet door de beugel kunnen
Een bezem in de mast voeren
Dat is geen klein bier
De bietenbrug op gaan
Je biezen pakken
Het is bijltjesdag
In een goed blaadje proberen te komen
Geen blad voor de mond nemen
Zien wie de blankste billen heeft
Iets blauwblauw laten
Blauw bloed hebben
Van de blauwe knoop zijn
Blauwe maandag
Een blauwkous zijn
Een blauwtje lopen
Zonder blikken of blozen
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan
Met bloed, zweet en tranen
De bloemetjes buitenzetten
Aan de boemel zijn
Lachen als een boer met kiespijn
Als een bok op de haverkist
Van de bok dromen
De bokkenpruik op hebben
De bolworm steekt hem
De bom is gebarsten
In de bonen zijn
Op de bonnefooi
Op de bon geslingerd worden
Een boontje hebben
Boontje komt om zijn loontje
Een bord voor je kop hebben
Bos hout voor de deur
Boter aan de galg smeren
Een boterbriefje halen
Boter op je hoofd hebben
Botertje tot de boom
Botje bij botje leggen
De bout hachelen
Van de bovenste plank zijn
Het boze oog hebben
Brave hendrik
De breeveertien op gaan
Iemand zijn breezij tonen
Om de hete brij heen draaien
Je eigen broek ophouden
De broekriem aanhalen
Ergens een broertje dood aan hebben
Brood en spelen
Broodjeaapverhaal
Broodmager zijn
Bruggen slaan / bouwen
Praten als Brugman
Er de brui aan geven
Dat kan Bruin niet trekken
Brutaal als de beul
Twee handen op één buik zijn
Iets op je buik schrijven
Buitenbeentje
Buiten westen raken
C
Naar Canossa gaan
Iemand carte blanche geven
Catch 22
Geen cent te makken
De chemie ontbreekt
In conclaaf gaan
In de contramine zijn
D
Iemand de das omdoen
Als een dertientje
Door dik en dun
Dikke mik
Een zware dobber aan iets hebben
Een donkerbruin vermoeden hebben
Eruitzien als de dood van Ieperen
Iets met de dood moeten bekopen
De dood in de pot
De dood of de gladiolen
Op je dooie akkertje
Iemands doopceel lichten
Het is doorgestoken kaart
Voor de draad ermee!
De draak steken met iets
Een dronkemansgebedje doen
(Nog niet) droog achter de oren
De druiven zijn zuur
De dupe zijn
E
Eieren voor je geld kiezen
Dat is het hele eiereneten
Te elfder ure
Op z’n elfendertigst
Het is erop of eronder
Esprit de l’escalier
Zolang de ezel zakken draagt, heeft de mulder hem lief
F
Iemand op zijn falie geven
Naar de filistijnen
Op de fles gaan
Flink in de bus blazen
Een fluitje van een cent
Dat is niet mijn fort
Daar is geen woord Frans bij
Met de Franse slag
Furore maken
G
Iets van je gading vinden
Van de gaffel in de greep vallen
Naar de gallemiezen gaan
In het gareel lopen
Met de gebakken peren zitten
De gebraden haan uithangen
Je gedeisd houden
De gedoodverfde winnaar
Geen geld, geen Zwitsers
In het huis van de gehangene spreekt men niet van de strop
Het geheim van de smid
Zo gek als een deur
In het geniep
Dat is je geraden
Veel geschreeuw en weinig wol
Als het getij verloopt, moet men zijn bakens verzetten
Gewogen en te licht bevonden
Zo glad als een aal
Goede wijn behoeft geen krans
Al te goed is buurmans gek
Goedkoop is duurkoop
Het te gortig maken
Zijn gram halen
Iemand te grazen nemen
H
Niet in de haak zijn
Hou je haaks
De haan kraaide driemaal
Haar op de tanden hebben
Een haar van de hond
Je hachje redden
Op de hak nemen
Van de hak op de tak springen
Op halfzeven
Dat is de hamvraag
Iets achter de hand hebben
Hand-en-spandiensten verrichten
De handdoek in de ring gooien
De hand in eigen boezem steken
Je handjes (mogen) dichtknijpen
De hand lichten met iets
Met hangen en wurgen
Een heet hangijzer
Hart onder de riem steken / riem onder het hart steken
Om de haverklap
Van haver tot gort
Het heen-en-weer krijgen
Heg noch steg weten
Een heilig boontje
Van heinde en verre
Heitje voor een karweitje
Iemand over de hekel halen
Hem/’m smeren
Het hemd is nader dan de rok
Met hoge heren is het kwaad kersen eten
De heilige hermandad
Hermetisch gesloten
Tegen heug en meug
Het op je heupen krijgen
Van hier tot gunter
Hocus pocus pilatus pas
Onder één hoedje spelen
Het gaat er Hoeks en Kabeljauws aan toe
Holland op z’n smalst
Hom of kuit
Het is hondenweer
De hond in de pot vinden
Het hoofd bieden
Hoogmoed komt voor de val
Hoog opgeven
Geen hoogvlieger zijn
Te hooi en te gras
Iemand (de) hoorns opzetten
Hoteldebotel zijn
Van hot naar haar
Van dik hout zaagt men planken
Op eigen houtje
Je huik naar de wind hangen
Huilen met de pet op
Ieder huisje heeft zijn kruisje
Hutje bij mutje leggen
I
Je moet het ijzer smeden als het heet is
In de weer zijn
In petto
In een ivoren toren zitten
J
Naar de eeuwige jachtvelden vertrekken
Je ergens met een jantje-van-leiden van afmaken
Een Jekyll en Hyde
Geef ’m van jetje
Jongens van Jan de Witt
Joost mag het weten
Ergens geen jota van snappen
K
Aan de kaak stellen
Kachel zijn
Als het kalf verdronken is, dempt men de put
Alles over één kam scheren
In kannen en kruiken
Kant-en-klaar
Het was kantje boord
Er de kantjes vanaf lopen
Iemand op de kast jagen
De kat uit de boom kijken
Een kat in de zak kopen
De kat de bel aanbinden
Kat in ’t bakkie
De kat op het spek binden
Voor de kat z’n viool
Om des keizers baard
Iets op de keper beschouwen
Ben je soms in de kerk geboren?
Van een koude kermis thuiskomen
Roken als een ketter, vloeken als een ketter
Het in Keulen horen donderen
Kielekiele
Kiezen of kabelen
Een kink in de kabel
Klaar is Kees
Het is zo klaar als een klontje
Dat klopt als een bus
De kluts kwijtraken
Iets onder de knie krijgen
Geen knip voor de neus waard zijn
De knoop doorhakken
Je knopen tellen
Naar de knoppen gaan
Er is geen koe zo bont of er zit wel een vlekje aan
Van achteren kijk je de koe in de kont
Koek en ei
Dat haal je de koekoek
Dat is koffiedik kijken
De kogel is door de kerk
Het zijn niet allen koks die lange messen dragen
Komt men over de hond, dan komt men ook wel over de staart
Komt voor de bakker
De koninklijke weg gaan
Je kont tegen de krib gooien
De kool en de geit sparen
Op de koop toe
Iets de kop indrukken
Iets op de kop tikken
Iets/iemand op de korrel nemen
Kortaangebonden zijn
Korte metten maken
Je zal ze de kost moeten geven
Het gaat me niet in de koude kleren zitten
De kous op de kop krijgen
Kraak noch smaak hebben
In het krijt staan
Krokodillentranen huilen
De kroon spannen
Er is geen kruid tegen gewassen
De kruik gaat zo lang te water tot hij barst
Wie een kuil graaft voor een ander ...
Met kunst-en-vliegwerk
Te kus / kust en te keur
L
Iemand de volle laag geven
De laatste loodjes wegen het zwaarst
Ergens lak aan hebben
De lakens uitdelen
Lakmoesproef
De lamp hangt scheef
Ergens een lans voor breken
De lat hoger leggen
Op je lauweren rusten
Ledigheid is des duivels oorkussen
Van leer trekken
Het leeuwendeel
Het gaat van een leien dakje
Lekker is maar een vinger lang
Leven in de brouwerij brengen
De levensdraad is afgesponnen
Zijn licht niet onder de korenmaat zetten
Liefdewerk oud papier
Daar helpt geen lievemoederen aan
Van likmevestje
Lik op stuk
Hoe linker hoe flinker, hoe rechter hoe slechter
Iemand links laten liggen
Listen en lagen
Iemand de loef afsteken
Iemand een loer draaien
Een kort lontje hebben
Lood om oud ijzer
Het loodje leggen
Als een lopend vuurtje
Van lotje getikt zijn
Lou loene
Niet van de lucht zijn
Iemand niet kunnen luchten of zien
Luistervinkje spelen
M
In de maan gebakken zijn
Door de mand vallen
Iemand de mantel uitvegen
Veel in je mars hebben
Voor de mast zitten
Op het matje moeten komen
Als het melk regent, staan mijn schotels omgekeerd
Een mens lijdt dikwijls het meest ...
Mijl op zeven
Met tijd en stro rijpen de mispels
Moederziel alleen
De laatste der Mohikanen
Met molentjes lopen
Monddood maken
Met je mond vol tanden staan
Iemand mores leren
Iemand iets op de mouw spelden
Ergens een mouw aan passen
De mug uitzijgen en de kemel doorzwelgen
De mussen vallen van het dak (van de hitte)
N
Mijn naam is haas
Naatje pet
Dat is nattevingerwerk
Doen alsof je neus bloedt
Iemand iets door de neus boren
Iemand de nieren proeven
Niet voor één gat te vangen zijn
Op het nippertje
Nolens volens
Met de noorderzon vertrekken
In je nopjes zijn
Nul op het rekest krijgen
O
Olie op de golven gieten
Als een olifant in de porseleinkast
Om niet
Een ongelikte beer
Onthand
Iemand een oor aannaaien
Je laatste oortje versnoept hebben
Oost-Indisch doof zijn
In het ootje nemen
Ergens op aan kunnen
Ergens voor opdraaien
Opgeld doen
Op twee gedachten hinken
In vol ornaat
Uit de oude doos
Oude koeien uit de sloot halen
Oude wijn in nieuwe zakken
Ouwe-jongens-krentenbrood
Op rozen zitten
Op de schop
P
Paal en perk aan iets stellen
Over het paard getild
Een gegeven paard niet in de bek kijken
Op zijn paasbest
In het pak genaaid zijn
Niet bij de pakken neerzitten
Pal staan voor iets
Voor pampus liggen
Onder de pannen zijn
Opgelegd pandoer
Pappen en nathouden
Je pappenheimers kennen
Parels voor de zwijnen
In een lastig parket zitten
Parten spelen
Als Pasen en Pinksteren op één dag vallen
Een patstelling
Peentjes zweten
Ergens geen peil op kunnen trekken
In de penarie zitten
Perplex staan
Ergens met de pet naar gooien
Pièce de résistance
In de piepzak zitten
De pijp aan Maarten geven
Naar iemands pijpen dansen
Het regent pijpenstelen
De pijp uit gaan
Bij de pinken zijn
De pisang / de sigaar / de pineut zijn
Ze maken mij de pis niet lauw
Pit hebben
Ergens blijven plakken
Onder de plak zitten
De plank misslaan
Het is hier niet pluis
Bemoeienissen van Pluvius
Veel poeha maken
Wat een poespas!
Iemand een poets bakken
Op de pof
Aan mijn lijf geen polonaise
Poolse landdag
Poolshoogte nemen
Pootaan spelen
Op je poot spelen
Iemand een poot uitdraaien
De poppetjes van mijn ogen
Ergens prat op gaan
Van de prins geen kwaad weten
Met iets op de proppen komen
Tot in de pruimentijd
Psychologie van de koude grond
Ergens een puntje aan kunnen zuigen
De puntjes op de i
Pur sang
Q
Op je qui-vive zijn
R
Krijg de rambam
Nu zijn de rapen gaar
Een rare snoeshaan
In de rats zitten
Naar de ratsmodee
Een razende roeland
Van de regen in de drup raken
Het reilen en zeilen
Een rib uit mijn lijf
Rijke stinkerd
Zo rijk als Croesus
Je (niet) laten ringeloren
Een robbertje vechten
Door roeien en ruiten gaan
Het roerend eens zijn
Roet in het eten gooien
Geen rooie cent
Onder de roos
In de roos
Een oude rot in het vak
Zo rot als een mispel
S
De hele santenkraam
Zich te sappel maken
In je sas zijn
Je schaapjes op het droge hebben
Over je eigen schaduw heen springen
Zo scheel als een ruit
Driemaal is scheepsrecht
Bij het scheiden van de markt
De schellen vielen me van de ogen
Schering en inslag
Een scheve schaats rijden
Iets in je schild voeren
Zijn schepen achter zich verbranden
Een schip op het strand is een baken op zee
Schitteren door afwezigheid
Je het schompes werken
Uit de school klappen
Op de schopstoel zitten
Schraalhans is keukenmeester
Je kunt het wel schudden
Voor schut staan
Sesam open u!
Sikkeneurig zijn
Ergens geen sikkepit van geloven
Met sint-juttemis
Je sjakes houden
Geen sjoege geven
Ergens een slaatje uit slaan
Je een slag in de rondte werken
Slag om de arm
Goed in de slappe was zitten
Uit je slof schieten
Een smak geld
Om der wille van de smeer likt de kat de kandeleer
Smeerpoets en smeerkees
In de smiezen hebben
Een rare snijboon
Niet goed snik zijn
Dat zit wel snor
Wat een sof!
Soldaat maken
Het sop is de kool niet waard
Het Spaans benauwd krijgen
Spatsies maken/hebben/krijgen
Voor spek en bonen meedoen
Spierwit wegtrekken
Spijkers op laag water zoeken
De / het spits afbijten
Spreekwoord, gezegde, zegswijze, uitdrukking
Het loopt de spuigaten uit
Spuit elf geeft ook modder
Op stang jagen
Te hard van stapel lopen
Er zit een steekje los
Steen en been klagen
Op stel en sprong
Een stem in het kapittel hebben
Stennis maken, trappen, schoppen
Een stok achter de deur
Op je stokpaardje zitten
Van streek zijn
Er loopt een streep door
Op je strepen staan
Strijk-en-zet
Aan de strijkstok blijven hangen
Stront aan de knikker
Stuivertjewisselen
Stuk in de kraag
Aan je stutten trekken
De beste stuurlui staan aan wal
T
Iemand aan de tand voelen
Je de tandjes werken
Op je tandvlees lopen
Dat slaat als een tang op een varken
De teerling is geworpen
Op je tellen passen
Iemand uit zijn tent lokken
Te pas en te onpas
De tering naar de nering zetten
Boven je theewater zijn
Als een tierelier
Het loopt als een tiet
De tijd baart rozen
Er is een tijd van komen en een tijd van gaan
Op til zijn
Tjokvol zitten
Van toeten noch blazen weten
Toitoitoi
Goed van de tongriem gesneden
Tongue in cheek
In toom houden
Tranen met tuiten huilen
Van de trap gevallen zijn
Tuig van de richel
Iemand om de tuin leiden
Iemand tuk hebben
U
Een uilskuiken zijn
Een uiltje knappen
Het uur tussen hond en wolf
Het uur U
V
Va-banque spelen
Op de valreep
Van onderen!
Vele varkens maken de spoeling dun
Vaste prik
Vechten tegen de bierkaai
Een veeg teken
Veeg uit de pan
Iemand het vel over de oren halen
Verdomhoekje
Verkikkerd zijn
De vermoorde onschuld spelen
Verstek laten gaan
Iemand zijn vet geven
Een vette gans bedruipt zichzelf
Vieze varkens worden niet vet
Op het vinkentouw zitten
Je op de vlakte houden
Vlees op de botten hebben
Bij de vleet
Naar den vleze
Voetangels en klemmen
Veel voeten in de aarde hebben
Iets voetstoots aannemen
Het vogeltje over het touwtje laten wippen
Je ergens op laten voorstaan
Ergens op voortborduren
Het voortouw nemen
Ergens op vooruitlopen
Vurige kolen op iemands hoofd stapelen
Het vuur na aan de schenen leggen
Vuurproef
W
Iets in de waagschaal stellen
Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten
Iemand de wacht aanzeggen
In de wacht slepen
Van twee walletjes eten
Van wanten weten
In de war zijn
De ware jakob
Wars van iets zijn
Een waslijst
Een wassen neus
Daar komen de waterlanders
Om van te watertanden
Wat nu? zei Pichegru
Bij de weg blijven
Weten wat voor vlees je in de kuip hebt
Wet van Meden en Perzen
Wie het eerst komt, het eerst maalt
Nogal wiedes
Als de wiedeweerga
In je wiek geschoten
Wikken en wegen
Iets aan de wilgen hangen
De wind eronder hebben
Dat zal hem geen windeieren leggen
Witte rook
Wittebroodsweken
Een wit voetje halen
Wit voor hebben
Door de wol geverfd
X
XOXOXO
Y
Z
Zachte heelmeesters maken stinkende wonden
In zak en as zitten
De zak krijgen
Om zeep brengen
Een zeperd halen
Van zessen klaar
In de zevende hemel zijn
Geen zier
Zoeken naar een speld in een hooiberg
Zo gewonnen, zo geronnen
De zon niet in het water kunnen zien schijnen
Een zondagse steek houdt geen week
Zo simpel als wat
Er als een zoutpilaar bij staan
Zuinigheid met vlijt bouwt huizen als kastelen
Niet zuiver op de graat zijn
Zwaan-kleef-aan
Zwaar op de hand zijn
Zwanenzang
Zwarte sneeuw zien
Op zwart zaad zitten
0-9
leestekens